Van Orillia langs Guelph 80.249328 WL naar Brantford 80.263173 WL
Onderweg zijn en steeds nieuwe dingen ontdekken is nog steeds mijn drang om te reizen. Als ik voor het eerst in onbekend gebied kom met de schoonheid van natuur, mensen of architectuur, dan maakt mijn hart sprongetje. Een gelukzalig gevoel overspoelt mij; dit zijn plekken waar ik wil zijn. Regelmatig ervaar in dit gevoel tijdens deze reis samen met mijn liefste lief. Na een overnachting in Orillia op weg naar Brantford. Voor iedere rit wordt de route doorgenomen, grotere snelwegen vermijden en zoeken naar andere wegen asfalt of gravel, niet functioneel maar recreatief rijden. Doorgaande wegen zijn meestal geasfalteerd, zijwegen naar mooie plekken aan meren of kleine dorpen zijn meestal gravelwegen. Ik rij vanuit bos- en meren rijk gebied het glooiende agrarische platteland binnen. De zon geeft het koren een gouden glans. De aardappelplanten tonen trots hun witte bloemendiefstallen, reikhalzend naar de zon. De mais houdt zich nog schuil in zijn kledij. In de verte altijd schitteringen van de silo’s bij de boerderijen waarin het graan wordt opgeslagen. Het zijn boerderijcomplexen, woongedeelte, silo’s en grote canadese rode boerenschuren met hun opvallende vorm. Naast de wegen loopt vaak een breed grindpad bestemd voor de rijtuigen van de Amish bevolking die hier talrijk aanwezig zijn. Het blijft een beeld uit lang vervlogen tijd als ik zo’n zwart rijtuig met knisperende geluid van de wielen, getrokken door een span prachtige zwarte paarden passeer. Meestal wordt gestopt bij een roadhouse onderweg voor koffie en thee. Daar zitten lokale bevolking aan een bar grote mokken koffie te drinken. Het zijn meestal mannen met baarden die gelijkenis vertonen met ZZ top. Voor de jeugdigen adviseer ik ZZ top te googelen. Bij binnenkomst gaan alle hoofden richting de deur, gevolgd door; “how are you?” met mijn antwoord:” not to bad”. Vervolgens blijft het stil, bij vertrek het alom bekende; “have a good day”, met als antwoord: “thanks, I will try”. De wegen slingeren door het landschap, het is genieten van de omgeving. Carla geniet altijd in stilte af en toe roept zij; een havik of kijk daar een prachtig uitzicht. Gelukkig kan ik meegenieten, ik rijd 70-80 km per uur wat het maximum op deze wegen is. Hoewel er weinig politie te zien is, vind ik het heerlijk om mij aan deze snelheid te houden. In Brantford aangekomen naar het hotel/motel gereden wat 10km buiten het stadje ligt. Een heerlijke kamer met schuifdeuren en een zitje met uitzicht op de tuin. Het moment dat de schuifdeur opengaat komen vogels aanvliegen en verderop twee eekhoorns met pluimage oortjes, rechtop te wachten op wat komen gaat. Waarschijnlijks is dit een voedertuin gezien hun gedrag. Aan voederen doen wij niet mee wat de dieren niet belet om te blijven wachten. Verderop gaat een deur open en daar vliegt het brood de tuin in gevolgd door de pinda’s. Razendsnel verplaatst het dierenrijk zich naar deze voederplaats waar kwetterend gevochten wordt om het voedsel met de eekhoorns als toeschouwer. Carla schenkt mij een biertje met de opmerking; “goed gereden lieverd”. Dit is onze vaste gewoonte bij aankomst. Wij proberen zoveel mogelijk zelf eten klaar te maken omdat het anders iedere dag fastfood is. Ik begrijp dat ook in Canada veel zwaarlijvige mensen zijn. Een bak ceaser salade kost evenveel als een grote hamburger €6.00. Alle vers producten zijn prijzig in vergelijking tot de FastFood take-way producten. Wij eten veel salades en pasta of aardappeltjes uit de magnetron die op iedere kamer in een hotel/motel staat. Als het kan, kiezen wij voor een kamer met kitchenette, waar een gasstel en oven is. Vanavond eten wij een aangeklede salade met rijst/kip. De temperatuur buiten is nog 29 graden. De airco aan en onder de wol gekropen. Als ik s’nacht naar de WC ga lijkt het wel of ik door het koude Spitsbergen loop. Snel terug en onder de wol waar het heerlijk warm is. De volgende dag staat een Falls parade op het programma. Carla heeft een Google speurtocht gedaan en vele watervallen ontdekt. Het is een prachtige dag geworden. Regelmatig de auto geparkeerd, water en camera in de rugzak en gaan lopen. De wandelingen en of klauterpartijen varieerden van een half uur tot 1.30 uur. Iedere waterval had zijn eigen schoonheid en wij genieten tijdens de wandeling door het bos waar de bladeren door de zon de verscheidenheid van groene kleur en toonwaarde liet zien. Soms was de begroeiing zeer dicht en lekte de zon weinig weinig licht, wat altijd een bijzondere sfeer geeft. De kleurverandering heeft voor mij het nadeel dat ik en verkeerde inschatting maakte bij een trap die naar een waterval ging. Ik liep de trap af keek naar de waterval en stapte naar beneden. Ik had niet in de gaten dat ik nog drie treden moest doen en in stortte letterlijk naar beneden. Met wapperende armen en slingerende benen probeerde ik mij staande te houden. Gelukkig was er een hek geplaatst waar ik al wapperend en slingerend staande werd gehouden. Opvallend is dat ik vooral probeerde om mijn camera veilig te stellen, wat ook gelukt is. Geen letsel, wel later stijve nekspieren en bibberbenen. We zijn verder gegaan en blijven genieten van de kletterende waterwallen. Bij een waterval waar wij onder konden staan, een herhaling gedaan van mijn huwelijksaanzoek onder een waterval in Australie. Ik riep; wil je met mij trouwen waarop Carla zei; “wat zeg ik versta je niet”. Ga op de steen zitten vroeg ik toen. Carla; “ waarom”? maar ging zitten. Ik op één knie en opnieuw heel hard mijn aanzoek. Drijfnat door het kletterende water heen zei Carla; hoezo? wanneer? In alle verwarring zei ik; 1917 ipv 2017. Lachend kwam toen het verlossende antwoord van haar: “Ja natuurlijk wil ik” en zo geschiedde. Wij dachten dit deze keer op video gezet te hebben maar na twee seconden scheef beeld was het over. De beleving blijft in onze eigen hoofdelijke opslag en zal zich zeker bij andere watervallen blijven herhalen.
Ik loop al een aantal dagen te broeden over het vervolg van mijn reis langs de 80ste W. Lengtegraad. De kosten voor deze reis zijn veel meer dan van te voren begroot en dat noopt mij om de reis in Canada te laten eindigen en niet zoals gepland in de Miami USA. Ieder nadeel heeft een voordeel want in Canada is nog zoveel te zien en te genieten dat ik hier nog met heel veel plezier zal rondtrekken. Het gedeelte in USA zal ik zeker op een later moment nog gaan maken. Daar zal ik je zeker van op de hoogte houden. So far so good. Morgen naar de hele grote waterval; Niagara. Daarover in een volgend verhaal.
Van Sudbury 80°.190134 WL naar Brantford 80°.245735 WL
De zon heeft zich vandaag niet laten inpakken door een donker wolkendek. De lucht is stralend blauw. Ik loop naar buiten de zon tegemoet, laat de schaduw achter mij. Ik koester de zon die mij verwarmt na een aantal dagen regen en temperaturen van 12 tot 16 graden. Vandaag de omgeving van Sudbury verkennen. Het is wennen aan het ritme en sfeer van een stad. Na 10 dagen word ik ineens geconfronteerd met stoplichten. Het enige soort stoplicht, een “knipperkruis”, was in Chapleau op een overzichtelijk kruispunt. Sudbury herbergt het grootste geïntegreerde mijnbouwcomplex ter wereld. Het bevindt zich op een beroemd geologisch punt met een van de grootste concentraties nikkel-kopersulfiden ter wereld. Deze mijnbouwstad heeft een eigen sfeer of eigenlijk geen sfeer. Het downtowncentrum, met gebouwen eenvormig van bouw heeft geen uitstraling en maakt een verpauperde indruk. Carla ging wandelen op zoek naar een supermarkt. Sneller dan verwacht was Carla weer terug. Zij vertelde dat zij de stad als “unheimlich” had gevoeld. Toen zij naar het centrum liep moest zij door een lange voetgangerstunnel onder het spoor. Bij de tunnel zaten verwaarloosde mannen met bierblikjes in de hand en de grond voor hen was bezaaid met dezelfde blikjes. Stuurs keken zij haar aan snel liep zij door. Zij kwam de tunnel uit en daar stonden verschillende groepjes mannen en vrouwen met supermarktwagentjes die gevuld waren met slaapzakken en huisraad. Weer verderop bij een busstation stonden onverzorgde mensen jointjes te dealen. Carla probeerde zelfverzekerd door te lopen maar besloot om terug te gaan, zij was haar veiligheidskompas kwijt. Terug in de kamer vertelde zij haar verhaal. Ik kon merken dat zij ontdaan was, niet zozeer door de mensen, wel door de sfeer die deze plek uitstraalt. Carla heeft dit niet eerder meegemaakt. Carla is niet bang, voelt zich veilig in menige stad waar zij is geweest o.a. Rio de Janeiro. Zij ging altijd alleen op stap zonder zich ooit onveilig of onprettig te voelen. Dit is de eerste keer dat dit haar overkomt. De overgang van de stilte in de natuur naar deze stad was een verwarrende ervaring wat zij in Canada niet had verwacht. De volgende dag de natuur weer ingegaan, op zoek naar de stilte, de geuren en kleuren van een natuurlijke omgeving. Tijdens de wandeling riep Carla ineens; “pas op een slang”. Zonder het in de gaten te hebben stond ik bijna op een slang die klaarblijkelijk meer geschrokken was dan ik want snel dook hij in de bossages. Ik heb gewacht tot hij weer tevoorschijn kwam, ik wilde een foto maken. Even later fotografeerde ik prachtige bloemen. Ineens kwam een grote zwarte spin voor de lens en die heb ik gelijk vastgelegd. Aan een meer hebben wij stilzwijgend weer genoten en voldaan weer terug naar het hotel. Op de terugweg langs de “Big nickel” gereden, uitgestapt en foto’s gemaakt. Het is inderdaad een indrukwekkend grote nickel. Kijk in foto’s voor het resultaat. De volgende dag enroute naar Orillia. Onderweg verschillende gravelzijwegen in geslagen met prachtige uitzichten op uitgestrekte bossen en meren. Je denkt misschien weer bossen en meren, is dat niet eentonig of saai? Geen moment; de verscheidenheid, de kleurschakeringen en vooral de stilte van de natuur vervelen geen moment. Hier ben ik de natuur en voel een sterke verbondenheid. De omschakeling naar de bewoonde wereld kost geen moeite als dat gevoel van verbondenheid bij mij blijft en niet afbrokkelt. Daarom kan ik genieten als ik in Orillia rondloop. Het is een klein, toeristisch stadje aan Lake Simcoe. Aan de oevers van het meer zowel aan het strand als aan de groene grasveldjes bevinden zich veel gezinnen die zich daar verpozen. Het gaat groots: tafels, stoelen, barbecue, grote koelboxen en veel eten. Naar het meer gelopen waar op de steigers veel mensen stonden te vissen, sommige met hengel en anderen met een draadje. Ik heb niet gezien dat er iets gevangen werd. Op terugweg zag ik een Irish Pub met de tekst: If you are lucky enough to be Irish, you are lucky enough! Ik heb deze foto en tekst gelijk aan Lotte en Paul in Ierland gestuurd. Ik reed terug naar het hotel buiten het stadje, parkeerde en haalde onze spullen uit de auto. Carla had nog iets nodig uit de grote tas die altijd achter in de auto blijft. Ik liep naar binnen en hoorde Carla roepen of ik de sleutel van de auto had. Nee, ik heb deze de hele tijd niet in mijn bezit gehad omdat ik deze altijd moet zoeken. Carla was nu aan het zoeken, alles onderzocht niets gevonden. Ik ben gaan helpen met zoeken, geen sleutel te vinden. Het raadsel was aanstaande, ik ben hier naartoe komen rijden dus de sleutel moet ergens zijn. Weer alles uitspitten en ineens roep Carla; “ je weet nooit waar hij lag?”. Zij had iets uit een toilettas gehaald, daar vervolgens de sleutel in gedaan en weer terug in de grote tas gelegd. Opgewekt lachend gingen wij naar binnen. Morgen naar Brantford. In deze omgeving zijn zeker 10 watervallen te bewonderen. Daarover volgende keer meer. So far so good.
Van Saint St Marie terug naar de 80ste W.Lengtegraad via Chapleau en Timmins
De vallende ontelbare regendruppels creëeren een magisch zilveren gordijn. Het regent, het regent heel hard. Ik ben onderweg van Saint St.Marie naar Chapleau. De ruitenwissers maken overuren, het zicht is beperkt. Plotseling ontsluit het zilveren gordijn het grote niets, 70 tinten groen worden zichtbaar. De bomen langs de weg dragen weemoed aan hun takken. Vanmorgen bij het vertrek uit de cottage kwam de regen al met bakken uit de lucht. Een eekhoorn schuilde onder de afkapping en ging alert met gespitste oren zitten toen ik naar buiten kwam. Hij hield mij scherp in de gaten. Ik zei “ rustig, ik loop alleen even naar de auto”. Dit maakte geen indruk want ik kwam in beweging en hij rende naar de dichtstbijzijnde boom en klampte zich vast. Het spel was begonnen, ik doe een stap, hij achter de boom, ik sta stil, hij komt tevoorschijn en dit herhaalde zich. Helaas maakte de regen een vroegtijdig einde aan deze voorstelling. Eenmaal onderweg veranderden de regenachtige omstandigheden van kletteren naar druppelen. De glimmende weg was op bepaalde plekken een rivier met veel potholes. Uiteindelijk reed ik op een vernieuwd en goed onderhouden wegdek en kon ik genieten van de omgeving. De weg, 250 km lang en 4 uur rijden, slingert zich door bossen en langs heel veel meren. Ik kwam sporadisch een tegenligger tegen en geen huis te zien. Halverwege een bord Roadhouse met een neon bord OPEN. Gestopt, de trap op maar voordat wij boven waren ging de deur open. Een vrouw met zware stem riep dat het gesloten was, maar dat zij wel koffie kon zetten. Ik riep dat ik naar het toilet wilde, oké kom binnen. Onmiddellijk werden wij besprongen door twee prachtige honden, die blij waren dat zij gasten konden begroeten. Binnen stond een poolbiljart en aan de pooltafel stond een man met rossige lange baard die leek op een bevervanger uit lang vervlogen tijd. De vrouw die ons ontving was zijn medespeler. Hij wachtte rustig met de keu in zijn hand. Ik kwam terug uit het toilet toen een oude vrouw langs mij liep. Zij is een Indiaanse met prachtig zilverachtig haar, met een door het leven gegroefd gezicht, hoge jukbeenderen en prachtige donkere amandelkleurige ogen. De ogen keken mij scherp aan, haar blik was geruststellend onderzoekend. Even een glimlach; ik kreeg een warm gevoel en koester dit bijzondere moment omdat de ogen zonder oordeel contact met mij maakten. Bij het weggaan werd ik door de jongste hond opnieuw besprongen alsof hij niet wilde dat ik weg zou gaan. Jammergenoeg haalde hij in zijn enthousiasme mijn arm open. In de auto pakte Carla gelijk een flesje alcohol maakte het wondje schoon en omwikkelde mijn arm met een servet. Ik zei; als ik onderweg begin te blaffen dan moeten wij gelijk naar het ziekenhuis vanwege rabiës. Uiteindelijk kwamen wij, zonder blaffen, aan in Chapleau; een kleine gemeenschap met een zelfservice questhouse. De sleutel moeten we ophalen in een plaatselijk café annex snackhouse wat hier restaurant wordt genoemd. Veel mensen zijn Indiaans of hebben Indiaanse roots. Vriendelijk belangstellend en gastvrij. In het questhouse was de kamer 3 bij 3 meter met een bed en koelkast. Gelukkig was de keuken voor iedereen beschikbaar en daar hebben wij dankbaar gebruik van gemaakt. Carla maakte een feestelijke maaltijd klaar, roseval aardappeltjes met rozemarijn, spercieboontjes met knoflook en veel kipvingers ?. Een glas wijn maakte het feest compleet. De volgende dag viel de regen opnieuw met bakken uit de lucht. Ik wenste onze mede gasten veel sterkte omdat zij dik ingepakt op de motor vertrokken. Ik vertrok, de GPS gaf na 194 km aan dat ik rechtsaf kon en dat klopte. Langzaam klaarde de lucht. Bij aankomst in Timmins brak de zon even door. Ingecheckt, de ruime kamer was een verademing. Dankzij Carla haar speurwerk had zij een aantal watervallen op 35 km afstand van hotel ontdekt. De eerste 4 kilometer was asfalt, daarna grind en zandwegen. Ineens een bord Grassy River en Grand Falls. Een smal zandpad met net voldoende ruimte voor de auto en volgelopen kuilen regenwater. Ik kwam ineens voor een enorm grote kuil met water te staan en onduidelijk hoe diep. Ik zag verderop geen banden sporen en besloot terug te gaan. Keren was onmogelijk op dit smalle pad, in de achteruit en zoeken naar een plek om te keren. Uiteindelijk een mogelijkheid. Ik ging proberen de auto te steken op dit met kuilen bezaaide pad. Ineens zakte ik weg, Carla stapte uit en zag dat ik op drie wielen stond. Het rechterachterwiel stond een halve meter boven de grond. Gelukkig is het een auto met AWD aandrijving en voorzichtig reed ik weer achteruit. Carla gaf mij aanwijzingen en na 10 keer voorzichtig steken lukte het om de auto de andere richting uit te krijgen. Carla stapte in de auto, nam gelijk een wolk muggen mee die wij eerst moesten verwijderen. Heen en weer schuddend bereikten wij de grindweg. Helaas geen waterval, wel een avontuur. Op de terugweg kwamen ineens tegenliggers, zij zorgden voor grote stofwolken. Ik remde af, stopte soms vanwege de stofwolk. In het hotel hebben we dankbaar gebruik gemaakt van ons restant eten van gisteravond die in de microwave werd opgewarmd. S’ ochtends werd ik wakker van een vreemd geluid. Ik deed het gordijn open en de regen ranselde tegen het raam. Voorzichtig informeerde ik mijn lief over deze weersgesteldheid. Een diepe zucht en vervolgens de vraag; wat te doen?. Gaan wij verder omhoog waar het de komende tijd ook slecht weer wordt of zakken wij af naar Sudbury op de 80ste W. Lengtegraad. Besloten naar het zuiden af te reizen. Het weer heeft geen invloed op ons reisgenot. De natuur heeft haar eigen schoonheid in alle variëteiten en wij genieten. Opnieuw geeft de GPS aan dat de weg naar Sudbury na 251 km rechtsaf gaat. In de loop van de ochtend klaarde het weer op en ben ik verschillende keren een zijpad ingeslagen naar mooie plekken aan rivier of meer. Ik sta aan de waterkant, staar over het het water in voelbare stilte. De stilte kan mij blijven ontroeren. Wij staan hand in hand, innerlijk verbonden en in deze stilte wordt alles gezegd. Wij lopen terug over glooiend zand, onze sporen in vergankelijkheid achterlatend. De highway glijdt glooiend verder tussen bomen en rotsen die bedekt zijn met kerstdagenmos. In Sudbury aangekomen, ingecheckt, de kamers ingericht en wij gaan ons beraden op de komende periode hoe het vervolg van mijn reis langs de 80° westerlengte zal gaan zijn. So far so good. Ook na drie dagen regen met af en toe een opklaring genieten wij van deze prachtige reis.
Van North Bay via 80°.44.1311 naar Sault St Marie
Heftige windvlagen teisteren de bomen die krommend weerstand bieden aan dit natuurgeweld. Langzaam lost de storm in zichzelf op en kondigt de stilte zich aan. Ik kijk Carla aan en zonder tekst van mijn kant zegt zei: Ja doen. Wij lopen naar Lake Nipissing wat aan de overkant van ons motel ligt. Een kleine zandstrook is ons pad langs het meer. De resterende wolken zijn donker, soms breken de wolken open en wordt de zon zichtbaar en die vervolgens langzaam aan de horizon verdwijnt. De lucht geeft een kleurenpalet van geel, oranje en rood. Ik koester de stilte, de kleuren, de kabbelende golven en de zachte aanraking langs mijn gezicht van mijn lief. Stilzwijgend genietend lopen wij verder. Eenden dobberen in de gloed van de ondergaande zon. Een kromming in het landschap met onduidelijke bestemming doet mij besluiten terug te gaan. In het motel zegt de Indiase receptionist iets tegen mij in onverstaanbaar Engels en met de karakteristieke zijwaartse hoofdbewegingen. Ik kijk Carla aan, zij heeft het wel begrepen, hij is enthousiast dat wij naar buiten zijn gegaan om van de sunset te te genieten. Ik had het idee dat door de toon en bewegingen er iets problematisch aan de hand was. Het valt mij steeds meer op dat in alle motels, hotels, winkels en wegrestaurants de ontvangst of bediening altijd door mensen uit India wordt gedaan. Dit ontlokte Carla de uitspraak; ik zou wel eens Canadese mensen willen ontmoeten. Uiteraard zijn wij hen tegengekomen en het moment van ontmoeting is altijd vriendelijk en belangstellend. Humor hebben zij ook. Ik kwam uit de supermarkt en liep in de mij bekende snelle tred door een gang naar buiten . Een oude tandeloze man met pretoogjes die op een bankje zat riep mij iets toe. Ik stopte en vroeg wat hij zei. De snelheid is hier 15km per uur, ik begreep dat hij vond dat ik veel te snel liep. Lachend bedankte ik hem voor de waarschuwing en vroeg of ik nu een ticket kreeg. “Just a warning” mompelde hij lachend en zwaaide mij gedag. Na terugkomst in het motel de tassen klaar gezet voor vertrek morgen. Ik vertrek richting Sault St. Marie met een tussenstop in Lively. Onderweg passeer ik de 80ste W.Lengtegraad waar ik later van Noord naar Zuid langs zal reizen. Eerst wil ik nog een ommetje maken naar Sault.St.Marie over de Trans Canadian Highway 17. Dit was door de Harley Bikers aangeraden.“ You must do the 17th when you are in Canada” . Het zal zeker het ommetje waard zijn. Ik vertrek eerst richting Markstay het 80.44.1311 graden punt. Daarna richting Onaping Falls gegaan, tijdens deze rit weer langs bossen en vele meren. Het blijft genieten, het verveelt mij en mijn lief geen moment. De trail naar de waterval slingert door het bos met aan het eind de beloning, een fantastisch uitzicht op de waterval. De trail gaat verder naar de top van de waterval, dit betekent klauteren over rotsblokken en daar hadden wij geen rekening mee gehouden. Ik kijk Carla even aan, zij schudt haar hoofd, gaan wij niet doen! Terug naar de auto en op weg naar een motel in Lively voor een overnachting. In het motel aangekomen een zeer vriendelijk en hartelijk ontvangst. Kamer gekregen maar in de aangewezen kamer stonk het naar rook. Ik vind het heel onplezierig om in een kamer met rooklucht te slapen en dus naar de receptie. De jonge Indiase vrouw begreep het niet, vertelde dat in de kamers niet gerookt mag worden. Zij liep mee, gelukkig beaamde zij mijn reukvermogen. Andere kamer, hetzelfde recept. Weer een nieuwe kamer en nu was het bingo, een heerlijke frisse kamer. Zij verontschuldigde zich door herhaaldelijk sorry, sorry te zeggen en zorgde dat wij een koffieapparaat op de kamer kregen die zij speciaal uit het aanpalende restaurant heeft gehaald. In ieder motel c.q.hotel is een microwave op de kamer. Hier wordt dankbaar gebruik van gemaakt. Vanavond heerlijke lasagne, geserveerd op onze in Canada gekochte borden met bestek. Vroeg gaan slapen en de volgende dag richting Sault St.Marie. Het eerste deel gaat door glooiend agrarisch landschap met weer veel “ Hay Day” boerderijen. Langzaam verglijdt het landschap over in bos en meren gebied en vanaf Blind River gaat de weg langs Lake Huron. In Blind River gestopt voor een lunch. Op de parkeerplaats stond een prachtige Airstream caravan in een bijzondere uitvoering. Carla riep heel enthousiast die wil ik ook en in dit geval moet ik haar gelijk geven in haar droom. Op de foto is dit bijzondere exemplaar te zien. Voor de lunch haalde ik Carla over een Poutine te bestellen. Zij twijfelde maar besloot het een keer te proberen. Poutine is een authentiek Canadees comfort food en bestaat uit Patat met gesmolten kaas en daarover gravy ( jus saus). Na de eerste happen zei Carla; het valt niet tegen. Even later zag ik aan haar gezicht dat de eerste beleving aan het veranderen was. De uiteindelijke conclusie was “ het is niet te hachelen ” . Het resterende deel van deze rit heeft Carla kunnen nagenieten van haar experiment om Poutine te eten. In dit gedeelte wordt het verkeer drukker, althans in vergelijking met eerdere dagen. Het weekend komt eraan en de Canadezen zijn echte buitenmensen. Veel auto’s met kano’s op het dak of een trailer met boot achter de auto. De maximum snelheid is op de meeste wegen 80 km met uitzondering van enkele 4 banen snelwegen waar de snelheid 90 of 100 km is. Rijden met 80km is heel ontspannen en geeft mij de kans van de omgeving te genieten. In Sault St. Marie aangekomen eerst boodschappen gedaan en daarna naar onze nieuwe bestemming. Voor een aantal dagen heb ik een cottage gehuurd. Ingecheckt en naar de cottages gereden. Het is een schattig houten onderkomen met 1 slaapkamer en een grote keuken en verderop een zwembad voor verkoeling. Het is nog maar de vraag of daar gebruik van gemaakt gaat worden aangezien de temperatuur gaat dalen. Een koude front van de Noordpool komt deze kant op en voorstelling is dat de temperatuur zal dalen naar 12 tot 16 graden. Komt de jas van Carla toch nog van pas. Hierover later so far so good en bedankt voor de reacties, die welkom blijven.
Van Algonquin National Park naar North Bay 79° 26.558 W.Lengte
Een knappende springveer in het matras wekte mij ruw uit mijn dromenland. Traag kwamen de blauwe ogen van Carla tevoorschijn en slaperig vroeg zij was er aan de hand was. Een springveer zei ik , Carla antwoordde slaperig Ja en? Daar kon ik niets tegen inbrengen, gaf haar een kus en sliep verder. De volgende ochtend opende ik de deur, keek naar buiten en zag drie prachtige Harley’s staan. De mannen maakten aanstalten om te vertrekken. Het is hier gebruikelijk een praatje te maken ongeacht het tijdstip van de dag. How are you today, vroeg ik gevolgd door het bekende “not bad, could be beter”. De mannen maakten een roadtrip via de Highway 17 in Ontario. Toen ik een compliment maakte over hun motoren stonden niet alleen hun Harley’s te glimmen. Het verbaasde mij dat de mannen in een spijkerbroek, dito jas en pothelm hier rondrijden. Met het prachtig ronkende geluid van de motoren vertrokken zij. Even later startte ik de auto met helaas het geluid van een V6 motor. Bij de Eastern gate van het Algonquin park eerst een permit gekocht en daarna op pad. Na een paar kilometer stopte ik voor overstekend wild, een grote schildpad die traag de weg overstak. Af en toe stak zij haar kop omhoog om duidelijk te maken dat het nog wel even kon duren. Uiteindelijk had zij de overkant bereikt, een file achterlatend. Ik rijd over zand/gravel wegen met de daarbij behorende wasborden. Dit roept herinneringen op aan Australia, daar soms 100 kilometer wasbord hier hooguit een 10tal kilometers. Ik vind het fantastisch in dit gebied rond te rijden. Het is van een overweldigende schoonheid, bossen met veel kleurschakeringen groen en tussen de bomen schittert altijd het water van een meer. De Canadezen zijn watermensen gezien het aantal boten, kano’s en andere water bestendige vehikels. In de meren wordt overal gezwommen en ik kan het moment niet af wachten om zelf een duik te nemen. Ik sta aan een meer, het gestaag kabbelende water roept herinneringen op. Toen Esther,mijn dochter, 30 jaar werd ben ik samen met haar naar Canada British Colombia geweest. Daar stonden wij aan een bevroren meer en aan de rand was toen hetzelfde kabbelende geluid te horen. Dit zijn tijdloze gelukkige momenten. Onderweg zag ik een grote totempaal met de tekst erbij “ you are not forgotten “. Aan de zijkant stonden een aantal plaquettes, ik wilde daar naar toelopen maar werd overvallen door een horde steekvliegen. Gezien eerdere ervaring met de muggen rende ik terug naar de auto. Later is Carla daar heengegaan en de plaquettes gaven informatie over de Algonquin indianen die hier hebben geleefd. Ik heb in de wijde omgeving geen herkenbare afstammelingen van deze stam gezien. Het fascineert mij of de afstammelingen nog leven en wat hun dagelijkse bestaan is. Maar waarschijnlijk zijn zij opgegaan in het gewone Canadese dagelijks leven. Als ik weer terug in NL ben zal ik daar speurwerk naar gaan doen. De loops vanaf de highway zijn meestal zand/grindwegen met wasborden en af en toe een steil rotsachtig deel. Dit betekent naast genieten ook de concentratie houden en de focus op steeds wisselende situaties. Terug op de hoofdweg ging de snelheid omhoog naar 40km. Opeens zag ik een politieauto links van de weg, in een reflex keek ik naar mijn snelheidsmeter en zag dat ik 42km reed. Ik keek in de achteruitkijkspiegel spiegel om te zien of de politie controles uitvoerden. Dat zag ik niet maar ik zag wel een zwarte beer de weg oversteken. Carla riep tegelijkertijd een beer een beer, zij had ook in de spiegel gekeken en de beer zien oversteken. Even verderop gedraaid en terug gereden in de hoop de beer te kunnen spotten. Tevergeefs geen beer te zien. Het blijft wonderlijk om ineens een beer te zien. De vele borden langs de weg waarschuwen wel voor overstekende elanden en schildpadden maar niet voor beren. Het wachten is op elanden, het liefst in het wild maar oversteken mag ook. Ik ben uren onderweg, Carla en ik genieten iedere minuut van de schoonheid die de natuur te bieden heeft. Uiteindelijk verlaten wij het park via de West Gate en rijden de schaars bewoonde wereld in. Ik blijf mij verbazen over de ruimte die mensen hebben, de huizen staan ver uit elkaar en hebben veel grond om het huis. In deze verlatenheid vraag ik mij wel eens af, wat zouden deze mensen voor werk doen? Overal waar ik kom word ik geholpen door mensen van Indiase afkomst en die wonen niet in deze huizen. Hopelijk krijg ik daar antwoord op tijdens deze reis. Ik rijd richting Northbay waar wij zullen overnachten. Op de radio worden waarschuwingen afgegeven voor een kans op tornado’s in en rond Northbay. In de verte is de lucht gitzwart en dat bevestigde de mededeling. In Northbay aangekomen stonden de bomen krom vanwege de harde wind. In het hotel hoorde ik van de receptionist dat de tornado waarschuwing was ingetrokken en dat het een zware thunderstorm wordt genoemd. Misschien vreemd maar ik was teleurgesteld, ik had wel eens een tornado willen meemaken. Die avond kletterde de woeste regen tegen de ramen en de bomen zwiepten heen en weer. Northbay ligt aan het grote meer Nipissing, wat bij ons de grap losmaakt “hier nie pissen”! De volgende ochtend keek ik uit het raam en zag zware donkere luchten boven het meer hangen. Ik wilde Carla verassen met een boottocht over het meer maar opnieuw pakte dat anders uit. Uit die zware bewolking donderde de regen naar beneden en de wind nam in kracht toe. Geen goed vooruitzicht voor een boottocht en inderdaad deze werd gecanceld. Als alternatief wel naar de haven gegaan en op een oude schuit fish en chips gegeten. Rond gereden in de omgeving en boodschappen gaan doen voor avondeten wat meestal bestaat uit een aangeklede salade met brood. Na het eten klaarde de lucht op en gingen wij een wandeling langs het strand maken. De wolken waren gebroken en de ondergaande zon gluurde daar tussen door. Op de golven met schuim dobberde eenden met heel veel jonkies. Stilzwijgend, hand in hand lopen wij verder langs het strand. Voldaan van dit geluk makende moment tijdens de zonsondergang lopen wij terug naar ons motel. Terug in de kamer zitten wij nog geen 3 minuten of er breekt een enorme hoosbui los met harde windvlagen. Dit hadden wij niet zien aankomen en prijzen ons geluk dat wij binnen zijn. So far so good. Ik blijf het leuk vinden af en toe een reactie te krijgen. Ik reis langzaam naar de 80 graden W.Lengte.
Gaganoque naar Barry’ s Bay 77° 36.919 W.lengte
Met de juiste toon is het leven vol muziek. Dit staat op een tegel in het centrum van de heerlijkheid Bergen en is zeer van toepassing op deze reis. Het gaat om de juiste toon te vinden. Ik wil open staan voor de omgeving en daar de juiste toon in vinden. Toronto met glas en staal heeft een heel andere toon dan Gananogue, de plaats waar ik nu ben aangekomen. Ik wil open staan voor wat de omgeving mij te bieden heeft en daar de juiste toon bij te vinden. Bij mensen en natuur is de toon makkelijker te vinden dan bij een stad met glas en staal. Toch heeft Toronto een eigen toon en ritme en uiteindelijk als ik de juiste toon heb gevonden kan ik genieten van de moderne muziek die de stad te bieden heeft. Gaganoque doet mij denken aan de vier jaargetijden van Grieg. Bij aankomst was het zomer, heldere contrasten die alles een scherpe kadering geven. Dobberend in het zwembad van het motel geef ik uiteraard een dolfijnenshow in het zwembad en is de toon gezet. Voor Gaganoque heb ik vanaf het startpunt een ommetje gemaakt. Ik heb Carla enthousiast gemaakt met een boottocht langs 1000 eilanden vanuit Gaganoque. Toen ik de volgende ochtend opstond en uit het raam keek zag ik een gordijn van regen. Mijn lief was nog in diepe slaap en ik hoopte dat tegen de tijd dat zij de wereld zou begroeten het opgeklaard zou zijn. Helaas de wereld werd steeds onzichtbaarder, ondanks de lichtflitsen die gepaard gaan bij heftige onweersbuien. Ik verwachtte zomer van Grieg, kreeg de herfst en dan is het leven vol onverwachte muziek. Het is de kunst om niet in de verwachtingen te blijven hangen, maar open te staan voor wat zich op dat moment aandient. Carla had wel een idee. Wij hadden geen regenjas meegenomen en zij had na een speurtocht op internet een outdoor winkel gevonden. In een stortvloed van regen naar Kingston gereden, auto geparkeerd en naar binnen gerend. Carla was in haar element, jasje aan jasje uit en dan de besluiteloosheid. Neem ik deze of toch die. Uiteindelijk een keuze gemaakt voor een jas die regenbestendig is en haar warm zou houden bij een temperatuur van min 30 graden. Toen wij buiten kwamen was het droog en de zon scheen, temperatuur was gestegen naar 29 graden. Ik moest lachen en riep “ heb je in ieder geval een jas voor de wintersport”. Ik zag de twijfel in haar ogen, zal ik hem terug brengen. Nee niet doen, het is een mooie jas met de juiste toon voor de wintersport. Op de terugweg nog even langs de meren met de 1000 eilanden gereden en een oud fort bezocht. Bij terugkomst zie ik van verre al de aankondiging van het motel. Ik ken dit alleen van films maar het is echt zo. Auto voor de deur, twee stoeltjes buiten de kamer onder een overkapping en de inrichting heeft de sfeer en toon van Wagners Tristan en Isolde. Daar moet je van houden. De volgende dag richting Barry’s Bay vlakbij het Algonquin National Park. In de fotobijlage van mijn blog is de route te zien. Eerst rijd ik door het gebied van de Mohawk indianen. Buiten de namen van plaatsen wordt niet veel herinnerd aan deze indianenstam. Ik ben altijd gefascineerd geweest door de cultuur van de indianen. Ik heb mij als 10 jarige jongetje getooid in een, door mij moeder gemaakt, Indianen pak met doorbij behorende tomahawk. Later heb ik vele boeken gelezen en voel mij nog steeds aangesproken door hun levenswijze en spiritualiteit. Ik rijd door prachtige bossen en langs vele vele meren. De natuur is van een verstillende schoonheid, de rust een balsem voor de ziel. Ik kan mij voorstellen dat de indianen hier hun nederzettingen hadden. Onderweg kom ik door kleine plaatsjes met karakteristieke houten huisjes. Opvallend dat ik tijdens deze rit weinig mensen ben tegengekomen in de verschillende plaatsen. Onderweg gestopt bij een roadhouse voor versterking van de inwendige mens. Het is een turkey sandwich geworden, een hele hap om te verorberen. Even verderop zat een jongen met een bord met daarop drie sandwiches en friet. Aan zijn postuur te zien heeft hij daar misschien niet eens genoeg aan. Een tafeltje verderop zat een man die, volgens mij, deel heeft uitgemaakt van de band ZZ Top. Hij had een blad met eten voor drie personen voor zich en brood in zijn baard. Na de lunch meandert de weg zich door het heuvelachtige landschap met vele meren. Het is stil op en langs de weg. Af en toe een afslag naar een huis of boerderij of een medeweggebruiker. Mijn lijf geeft aan dat het tijd is voor een sanitaire stop. Ik rijd een zijweggetje in en stop verderop, genoeg bomen, struiken en lage plantenbegroeiing. Ik kies voor de plantenbegroeiing. Op het moment dat de straal de planten bereikt komt een wolk van muggen tevoorschijn. Zij laten dit maaltje niet voorbijgaan en binnen mum van tijd zitten zij op mijn armen, benen en gezicht. Ik wapper met mijn vrije hand en probeer met de andere hand nog sturing en richting te geven. Huppelend probeer ik weg te lopen en hoop dat zij van mijn lijf gaan. Geen succes wel natte schoenen. Snel eindig ik deze sanitaire stop en probeer nu met beide handen de muggen van mij af te slaan en snel de auto in te duiken. In de auto blijkt dat dat de muggen ook mee willen reizen of dat zij zich onvoldoende hebben verzadigd aan mijn bloed. Carla helpt mij de muggen van mij af te slaan, de nodige bloedsporen worden zichtbaar. Het zijn er tientallen, na veel gemep is de auto eindelijk mugvrij en start de jeuk. Verderop gestopt op een open plek, de prikweg uit de tas gehaald en mij rijkelijk ingesmeerd. Na verloop van tijd werd de jeuk minder en kon ik mij weer op alle schoonheid richten die onderweg aan mij voorbij trekt. In Barry’s Bay aangekomen zoek ik naar motel Mountain View. Waar deze naam vandaan komt is mij een raadsel, het ligt aan de weg geen Mountain te zien. Het motel voldoet aan alle kenmerken, een schone kamer en badkamer wel krakende bedden met een slecht springverenmatras, verschillende muurstructuren in de kamer en een laminaatvloer die over de bestaande vloerbedekking is gelegd. Een achenebbis tent. Carla en ik kunnen daar om lachen, dit hoort bij reizen. Buiten twee stoeltjes onder de overkapping, daar zaten we in het zonnetje een biertje te drinken. Plotseling begon het te waaien en even later een enorme tropische hoosbui. Na 30 minuten stopte de regen en kwam de zon weer tevoorschijn. Na het avondeten, curry met rijst en paneer, de airco aangezet en nagenietend dommel ik zachte in slaap.So far so good en blijf meereizen.