Pool naar Pool: Orlando 81° Westelijke Lengte
Een inktzwarte nacht en ik sta te wachten op een taxi. Het licht van het hotel weerkaatst in de plassen op het glinsterende asfalt.In verte zie ik door eenmiezerig regengordijn een auto aan komen rijden. Gelukkig het is mijn taxi. Een vriendelijke ochtend begroeting en ik stap in.
Na 10 minuten word ik afgezet op het station van Savannah. Het wachten is begonnen. Langzaam komen steeds meer mensen van allerlei pluimage het stationnetje binnen. Een gezellig geroezemoes en geur van dampende koffie maakt het wachten aangenaam. De Amtrak trein arriveert en iedereen loopt naar buiten, wachten even tot de trein stilstaat en de andere passagiers zijn uitgestapt. Het regent nog steeds en het is wachten tot de deur toegankelijk is om in te stappen. Een korte spurt naar de trein, instappen en plaats zoeken. De meeste plaatsen zijn bezet en het is makkelijk mijn stoel op 16C te vinden. Tas in het bagage rek boven mijn stoel en de man naast mijn stoel staat al op voor makkelijke doorgang. Met het bekende sonore geluid verlaat de trein het station. Ik ben op binnen aangewezen omdat buiten onzichtbaar blijft. De ramen zijn bekleed met dikke regendruppels wat een prachtig effect geeft door het schaarse licht van binnen dat op de ramen weerkaatst. Enige observatie naar buiten blijkt voorlopig ondoordringbaar. Ik zit in de Amtrak 97 Silver Meteor die zijn startpunt heeft in New York en eindigt in Miami na een rit van 27.44 uur. De trein heeft een aantal sleepwagons, wat comfortabel reizen is. In de wagon waar ik zit slapen de mensen in de stoelen en dat geeft een wonderlijke schouwspel. Op verschillende plekken zitten mensen onder de dekens in elkaar gestrengeld te slapen. Een meisje ligt met haar knuffels tegen haar wang en duim in de mond in diepe slaap. Andere reizigers lezen of zitten op hun IPad. De nacht verandert in ochtendschemering. Nog steeds weinig te zien buiten. Ik klap mijn IPad open en begin de foto’s uit Savannah te bekijken terwijl een andere werkelijkheid aan mij voorbij glijdt. “You like Savannah?”, vroeg de man naast mij. Klaarblijkelijk zat hij mee te kijken naar de foto’s, wat niet zo vreemd is gezien de korte afstand tussen de klaptafeltjes. Wij raken in gesprek en tot mijn verbazing zit ik weer naast iemand die in Nederland op een universiteit heeft gestudeerd, in dit geval op de Universiteit van Wageningen. Hij spreekt nog een beetje Nederlands en is verrassend goed verstaanbaar. Het gesprek stokt wanneer wij een station binnen rijden. Een aankondiging op het ritme van een song van Fats Domino geeft aan dat de trein 10 minuten stopt en de rokers naar buiten kunnen om hun verslaving te bevredigen. Lachend en een beetje beschroomd staan mensen, ook mijn buurman, op en gaan naar buiten. Bij terugkomst van mijn buurman waren de luiken van mijn ogen dicht. Ik had even geen zin om verder een gesprek te voeren. Nog steeds waren de ramen voorzien van dikke regendruppels en had het uitzicht weinig te bieden. Dommelend en lezend overbrug ik de tijd en na 7 uur schommelen wordt Orlando bereikt. Bij het uitstappen word ik geteisterd door heftige wind- en regenvlagen. Snel het station binnen en daar weer zoeken naar een taxi. Hetzelfde ritueel, geen taxi en ook het loket voor informatie is gesloten. Een koffieautomaat brengt even verlichting. Buiten een af en aan van auto’s en Ubertjes, maar geen taxi. Ik wil naar het centrum van Orlando maar gezien de storm en regen wijzig ik mijn plannen. Carla en Wally, de vrouw van mijn overleden neef Theo, komen vanavond aan met een vlucht uit Nederland. Ik besluit naar het vliegveld te gaan en loop naar buiten. Ik vraag aan wachtende mensen of zij weten waar ik een taxi kan bestellen. Zij hebben geen idee, komen niet uit Orlando en wachten zelf op vervoer van familie. Verderop staat een vrouw met twee enorme koffers met een IPhone in haar hand. Zij vraagt; “ga je ook naar het vliegveld?”. Ik bevestig haar vraag en vervolgens vraagt zij mij of ik haar wil helpen met het bestellen van een Uber. Vele pogingen gedaan maar zonder resultaat. Zij moest een vlucht halen en ik zou kijken of er binnen nog iemand was voor informatie. Ik loop naar binnen en zie aan de andere kant van het station een taxi aankomen waar mensen uitstappen. Ik ren naar buiten en vraag de chauffeur of hij beschikbaar is. “Yes!” en vervolgens naar de andere kant gereden waar de vrouw in opperste verbazing mij met de taxi zag aankomen. Koffers ingeladen op op weg naar het vliegveld. Wij raakten in gesprek. Zij reist heel veel en bleek een eigen reisbureau te runnen. Dat levert voldoende gesprekstof op tijdens de rit van een 40 minuten. Op het vliegveld rekende zij af en op mijn verzoek om te splitten werd afwijzend gereageerd. Wij hebben e-mail adressen uitgewisseld om elkaar op de hoogte te houden van onze reislust en bestemmingen. Ik ben hapje gaan eten en mensen kijken. Ik vind het altijd fascinerend om vertrekkende en aankomende mensen op een luchthaven te zien. Vooral de variatie in begroetingen van mensen met verschillende culturele achtergronden is een studie waard. Eindelijk is de vlucht LH86 geland en zie ik Carla en Wally zonder bagage aan komen lopen. Bagage niet meegekomen met de vlucht, zal worden nagebracht. Het vervolg komt in het volgende verhaal. So fa so good. Ik geniet iedere dag van deze reis.
Savannah op 81° Westelijke Lengte
Een koude windvlaag raast voorbij als de Amtrak trein langs het perron in Charleston binnen dendert. Knarsend en piepend komt de trein tot stilstand. De Amtrak medewerker wijst mij welke wagon ik moet hebben. Ik ga naar binnen en zoek plaats 24c. Verbaast kijk in rond, ik ben de enige in deze wagon. Even later komt iemand binnen zoekt zijn plaats en zit dan 4 rijen voor mij. Wij blijven de enige reizigers op dit traject. Het is half acht in de avond. I kijk naar buiten als de trein langzaam het stationnetje verlaat. Daarna verandert het raam in een donker vlak en zie ik alleen mijzelf in de weerkaatsing. Mijmerend en dommelend geef ik mij over aan het ritme van de trein. Na een uur schrik ik op. De trein komt met veel geweld tot stilstand. Ik kijk naar buiten en staar in een grote leegte. Na 10 minuten loop ik naar mijn medereiziger en vraag hem of hij weet wat er aan de hand is. Hij weet ook niets en er komt ook geen bericht door de luidsprekers van de trein. De Amtrak medewerker laat zich niet meer zien. Na een uur zie ik ineens mannen in gele pakker langs de trein lopen en met grote zaklantaarns onder de trein kijken. Nog steeds geen info. Eindelijk na anderhalf uur komt de trein langzaam weer in beweging. De eerste 10 minuten in een slakkengang. Daarna komt de trein weer in zijn oude ritme. In Savannah krijg ik te horen dat de trein een aanrijding heeft gehad met een auto op een onbewaakte overgang. Wat met de inzittenden van de auto is gebeurd blijft in het ongewisse. Bij aankomst opnieuw geen taxi te bekennen. Wat dit betreft is Amerika een ontwikkelingsland, trouwens ook op andere gebieden. Ik vraag aan iemand waar een taxi is te vinden. Lachend zegt hij dat ik die hier niet zal vinden. Bel een Uber is altijd hetzelfde advies. Die kan ik niet bellen of bestellen via , dus kan niet. Hij vraagt waar ik heen moet en belt voor mij een taxi. Tien minuten later komt de taxi en weer tien minuten later kom ik rond middernacht aan bij het hotel. Deze keer overnacht ik downtown in het hart van het historic center. Ik word hartelijk ontvangen door een vrouw achter de balie met een stem van een swingende gospelzangeres. Eerst een biertje gedronken in een café waar alles blues ademt.
De volgende dag loop ik direct vanuit het hotel naar de haven waar de katoenpakhuizen van weleer staan te schitteren in de zon. Ik zwerf verder langs de haven en loop door het historische centrum. Savannah heeft iets bijzonders. Het heeft een magische sfeer en betoverende ziel die voelbaar is als ik daar loop. Er zijn meer dan twintig oude weelderige parkpleinen en opmerkelijk kleurrijke gebouwen met prachtige Victoriaanse architectuur. Ik loop terug naar de haven en wil met de riverboat Georgia Queen een tocht maken. Jammergenoeg is het wintertijd en vaart de boot alleen in het weekend. Ik besluit te gaan lunchen en verwen mijzelf een lunch met gegratineerde oesters en een Crab Savannah. Ik geniet van de sfeer en het eten. Na de lunch loop ik terug naar de haven. Ik banjer daar rond, loop een klein straatje in waar witte partytenten staan met daaronder film apparatuur en een catering met hapjes en dranken. Daar staan mensen in oude kledij. Ik loop door en ineens sta ik midden in een filmset. Ik weet niet waarom, maar niemand heeft mij tegen gehouden en ik word soms zelfs begroet met “How are you?”. Ik blijf staan, volg de mensen die met de film bezig zijn en geniet volop. Het blijft fascinerend; het geschreeuw met aanwijzingen en scènes die steeds opnieuw moeten worden gedraaid. Ik raak in gesprek met een vrouw die het draaiboek in haar handen heeft. Het is een film die zich afspeelt in de dertiger jaren in Duitsland. Vandaar dat de teksten in het Duits staan vermeld. Ik sta te kijken en zie dat de filmset aan alle kanten is afgesloten met beveiligers. Opeens krijg ik een statief in mijn handen gedrukt met de vraag die even vast te houden, wat ik uiteraard met plezier doe. Hoewel ik daar langer blijven zou willen blijven besluit ik mij uit de filmset los te rukken en weer verder op pad te gaan. Nog even langs de verzamelplaats van alle acteurs en actrices gelopen voor een laatste foto. Een beetje beduusd loop ik naar het Forsyth park. Dit is één van de mooiste parkpleinen in Savannah. Daar op een bakje gaan zitten en andere mensen aan mij voorbij laten trekken. De tred van de mensen is traag, zij staan af en toe stil terwijl hun gesprek gewoon doorgaat en lopen dan weer verder. Het begint te regenen en ik loop het park uit. Als ik het park verlaat zie ik een oude trolleybus staan. Ik loop daar naar toe en het blijkt dat ik een rondrit kan maken langs alle bezienswaardigheden. Komt mooi van pas,: Ik zie meer dan ik loop en ik zit nog droog ook. De tocht duurde 90 minuten en kreeg veel informatie over de stad, gebouwen en historie. De andere passagiers zijn een stelletje en 3 vrouwen die enorm veel plezier hadden. Regelmatig vullen zij de bus met hun bulderende lach. Het lachen werkt aanstekelijk niet alleen voor mij maar ook voor de vrouw die onderweg de uitleg doet. Regelmatig maakte zij een opmerking naar de vrouwen waarop de lachsalvo’s weer door de bus gierden. Het zorgde wel voor een ontspannen tour. De droge informatie werd gemêleerd met veel gelach. Na de tour ben ik naar het hotel gegaan om te rusten en daarna een hapje gaan eten. Weer een leuk restaurant wat bekend staat om zijn spookverhalen. Het verhaal gaat dat het pand regelmatig door spoken wordt bezocht. Tijdens het eten heb ik daar niets van gemerkt, alle eten bleef gewoon op mijn bord. Het is weer bedtijd maar eerst nog even gaan genieten van de blues in het café naast het hotel. Nagenietend het dromenland weer bezocht. De volgende dag ga ik mijn reis vervolgen langs de 80ste Westelijke Lengtegraad richting Orlando. So far so good.
Charleston SC op 80° Westelijke Lengte
Een vaag ritselend schurend geluid haalt mij uit mijn dromenland. Ik luister nog eens goed. Inderdaad er staat iemand aan de deur van mijn hotelkamers te rommelen. Ik hijs mij in T-shirt en joggingbroek en loop naar de deur. Ik wacht even bij de deur. Het geluid blijft. Ik open voorzichtig de deur. Een man in kennelijke staat veert omhoog en kijkt mij aan met verschrikte ogen zo groot als een konijn dat in de koplampen van een auto kijkt. “Sorry, I think I am wrong”, waarbij de R nog lang narolt in zijn mond. Ik vraag naar zijn kamernummer en hij blijkt in de kamer naast mij naar binnen te moeten. Ik help hem het kaartje in de gleuf van het kamerslot te steken en waggelend gaat hij zijn kamer binnen met een mompelend geluid wat lijkt op; thank you for your help. Ik kruip terug onder de dekens. Het duurde even voordat ik weer in mijn dromenland terugkwam. De volgende ochtend vroeg opgestaan. Aan de receptionist gevraagd waar een bus richting downtown gaat. Zijn uitleg leek simpel maar later bleek het tegenovergestelde. Ik kom bij de bushalte en hij had gezegd “ busje komt zo” . Ik sta daar 20 minuten te wachten maar busje komt niet. Opnieuw aan een voorbijganger gevraagd naar vertrektijden. Busje komt helemaal niet. Hij legt mij met veel omwegen uit waar de bushalte naar downtown was. Ik moest daarvoor twee snelwegen oversteken en na omzwervingen heb ik bushalte niet kunnen vinden. Aangezien ik s’ avonds met de trein naar Savannah vertrek en mijn tijd beperkt is om Charleston te verkennen besluit ik om een taxi te nemen. Na 20 minuten laat ik mij bij het oudste hotel in het Historic District afzetten en maak gelijk een afspraak met chauffeuse mij 17.00 uur hier weer op te halen. Ik zwerf door de straten en verbaas mij over de prachtige gebouwen en huizen waar ik aan voorbij ga. Ik ga voorbij aan de Slavenmarkt nu een museum. Ik vind het niet prettig om zelfs in deze tijd naar de slavenmarkt toentertijd te kijken. Ik ga eerst naar de City Market, een historische markt. Deze markt is opgericht in 1790 en strekt zich uit over vier stadsblokken. Het is een pareltje deze architectonisch markthal. De verkoop in de markthal is het jammergenoeg volledig gericht op toerisme. Ik loop verder naar French Quarter. In de negentiende eeuw was dit het domein van franse handelaren. In dit district staan ook weer prachtige huizen en ik loop langs veel kunstgalerijen en restaurants. Aan de Cooper River ligt een langgerekt park met weelderige groene bomen. Op een bankje zitten twee gesoigneerde dames met duidelijke andere roots. De ene Afrikaanse roots en de andere Europees. In het voorbij gaan laat ik blijken dat ik het een prachtige plek vind. Wij raken in gesprek waarbij zij vooral in mij geïnteresseerd waren, althans wat mij naar Charleston bracht. Ik kreeg een aantal to do tips en nam hartelijk afscheid. Ik loop richting de Mount Pleasant Pier aan de Cooper River. De 1250 meter lange pier strekt zich uit in de haven van Charleston onder de voet van de Arthur Ravenel Jr.-brug. Het is een mooie plek en onder de overkapping van de pier zijn schommels aangebracht. Hier zitten stelletjes die innig in elkaar opgaan. Het schijnt een prachtige plek te zijn voor zonsondergang. Ik krijg gelijk een hartstochtelijk verlangen naar mijn lief en besluit op haar te gaan toosten in een Ierse pub die in een straatje vlak bij de pier te vinden is. De pub is totaal behangen met 1 dollar biljetten met veel romantische teksten. Er is letterlijk geen plekje in de Pub onbedekt gebleven. Een Kilkenny biertje besteld en getoost op mijn lief. Ik verbaas mij nog steeds dat op zulke momenten de ontroering zich van mij meester maakt. Met vochtige ogen drink ik het biertje en mijmer over het gemis van mijn lief. Ik reken af en ga weer verder. Ik loop door straten en straatjes met prachtige gekleurde huizen. Ik krijg trek en besluit een hapje te gaan eten bij het Broken Egg café. De menukaart bevat een variëteit aan ei gerechten. Ik bestel een Hash Brown Benedict die er niet alleen geweldig uitziet maar ook nog eens heerlijk smaakt. Ik ga terug richting het hotel waar ik weer word opgehaald. Onderweg loop ik nog door een klein parkje waar een aantal muzikanten stonden te jammen. De aanwezige toeschouwers stonden heupwiegend de muziek een meerwaarde te geven. Ik blijf staan, twee mannen draaien zich om en dagen mij uit in beweging te komen. Ik maak duidelijk dat ik naar een afspraak moet en ben blij dat ik deze smoes had. Op de soepelheid van hun bewegingen kan ik zo jaloers zijn en ik voel mij een houten klaas als ik naast hen in beweging kom. Als ik op de afgesproken plaats aankom staat mijn taxi al klaar en ga in rap tempo terug naar het hotel. Daar mijn tas opgehaald en gelijk door naar het station voor de trein naar Savannah. Ook dit station is totaal verlaten en nog steeds begrijp ik niet waarom gevraagd wordt om een uur van te voren aanwezig te zijn. De wachtruimte wasemt een zweem van verlatenheid en ik besluit om op het perron te wachten. Ik ben de enige, neem plaats op het enige ijzeren bankje en wacht op de trein. Naar Savannah. So far so good. Ik koester deze manier van reizen.
Pool naar Pool : Amtrak trein op 80° Westelijke Lengte Raleigh - Charleston
In de verte komt het krachtige sonore geluid van de horn van de Amtrak trein langzaam dichterbij. Ik sta op een totaal verlaten station in Raleigh en wacht op de trein naar Charleston. Met een laatste krachtige stoot van de horn dendert de trein het station binnen. Het woord station is eigenlijk niet van toepassing. Het is enkel spoor en een wit geschilderde houten constructie overkapt het enige perron. De trein komt piepend en krakend tot stilstand. Verbaast kijk ik omhoog. De Amtrak treinen staan hoog de wielen. De deur gaat open en een groot geel op/c.q. afstapje wordt op het perron gezet. De passagiers klauteren naar buiten. Zij worden opgewacht en geholpen door een medewerker van Amtrak; keurig gekleed en met voorop de grote pet het embleem van Amtrak. Als iedereen is uitgestapt hijs ik mij naar binnen en schuifel door het gangpad naar mijn plaats 8F aan het raam. Ik neem plaats in de grote leren verstelbare stoel met voor mij een uitklapbaar tafeltje, net als in een vliegtuig. Ik installeer mij en kijk om mij heen. Het is rustig in de trein en de stoel naast mij blijft leeg. In het gangpad naast mij zit een gesoigneerde jonge vrouw met Afrikaanse roots. Met een “ how are you” en vriendelijk knikje begroeten wij elkaar. De trein komt in beweging en langzaam glijdt het perron aan mij voorbij. De trein heeft WiFi aan boord en de verbinding is wonderbaarlijk goed. Ik besluit mijn lief te verrassen met een telefoontje via whatsapp. Als zij opneemt is de eerste vraag ; Waar ben je? “In de trein” zeg ik en op dit moment rij je met mij mee. In de trein ?? vraagt zij met verbazing. Lachend om deze situatie vertel ik, met gedempte stem, over de situatie waar ik mij bevind. Klaarblijkelijk was mijn toon minder gedempt dan ik dacht want toen ik even later opstond om naar de WC te gaan sprak de jonge vrouw mij aan. “Where do you come from?” vroeg zij op een zacht zwierig swingende toon. Ik zei dat ik eerst naar de WC wilde gaan en dan haar antwoord wilde geven. Haar lach vulde vervolgens de hele wagon. Wij raakten in gesprek en vertelde dat zij in Selma woonde. Dat is het eerstvolgende station. Ik moest lachen en vertelde haar dat mijn eerste hond, die ik als jongetje, had ook Selma heette. Ik vertel haar hoe mijn Selma afscheid van mij had genomen voordat zij overleed. Ik sliep boven en Selma kwam daar nooit. Tot op een nacht dat ik wakker werd omdat zij haar kopje tegen mijn hoofd aandrukte. Ik aaide haar gaf haar een zoen op haar kop en zei dat zij weer naar beneden moest gaan. De volgende ochtend lag zij dood in haar mand. “Oh dear” zei zij en keek mij aan met haar prachtige amandelkleurige ogen die het verdriet van toen niet beter konden weerspiegelen. Niet kort daarna naderden wij station Selma. Zij pakte haar spullen en met een nice to meet you namen wij afscheid. Het volgende station is Wilson, wat mij een glimlach oplevert omdat ik moest denken aan de film Cast Away met Tom Hanks die op een onbewoond eiland een volleybal de naam Wilson gaf. Station Wilson waar ik drie uur moest wachten op mijn trein naar Charleston was net zo verlaten als het onbewoonde eiland uit de film. Het was minus twee graden met een prachtig strak blauwe lucht. Ik loop het station uit en kijk in een totale ledigheid. Het gehucht bestaat uit een lange brede weg met aan weerskanten huizen en winkels. Ik loop de straat in op zoek naar een café of eetgelegenheid. Halverwege kom ik langs Bill’s Grill het enige restaurant met cafetaria inrichting. Ik loop binnen en de lokale witte mensen kijken verbaast op van hun eten en eten daarna weer verder. Ik bestel uit een serie hamburgers, die als enige op het menu staan, een eenvoudige met friet. Ik dood de tijd met het nieuws op mijn IPhone door te nemen. Na een uur krijg ik voorzichtig de rekening voorgeschoteld waar een verborgen boodschap in zat of ik weg wilde gaan. Ik heb afgerekend, de straat verder uitgelopen en toen weer terug naar het station. Daar in de wachtkamer op prachtige houten banken wachten op de trein naar Charleston. Tien minuten voor aankomst van de trein gevraagd om naar het perron te gaan. Trein komt met bekende geluiden langs het perron, instappen en weer naar mijn plaats. Opnieuw is het rustig in deze wagon en ik kijk dromerig naar buiten. Ik wil foto’s maken van het passerende landschap. Helaas lukte dat niet omdat de ramen vervuild zijn en de zon op de ramen schijnt. Het geeft wel een surrealistisch beeld van een langstrekkend panoramisch schilderij. Na 4 uur schommelen in de trein wordt vijf minuten voor aankomst in Charleston de aankomst aangekondigd door een medewerker van Amtrak. De weinig aanwezige mensen schuifelen richting de uitgang. Ook het station van Charleston kenmerkt zich door ledigheid. Ik loop het station uit op zoek naar taxi maar niets te zien. Vraag aan iemand die ook staat te wachten waar ik een taxi kan vinden. Vraag om een Uber, maar helaas kan ik deze niet bestellen. Terug naar binnen vraag ik aan een Afro-AM medewerker van het beveiliging-bedrijf Trident of hij een taxi voor mij wil bestellen. Ik krijg een aantal telefoonnummers en bel. Niemand is beschikbaar. Ik besluit te wachten en later weer te bellen. De beveiliger komt naar mij toe en zegt; ik ga zo naar huis en kan je naar het hotel brengen. Inderdaad 15 minuten later rijden wij in de pickup van het bedrijf naar mijn hotel. Aangekomen geeft ik hem $10.00 en dit levert many thanks en grote glimlach op. Het hotel heeft geen restaurant; wel diepvriesmaaltijden en een magnetron op de kamer voor het opwarmen. Ik neem een diepvries penne Alfredo en een glas witte wijn mee naar de kamer. Daar mijn diner opgewarmd en de smakeloze hap verorbert. De onvoorspelbaarheid van een reis maakt het reizen voor mij zo aantrekkelijk. Vermoeid begeef ik mij glimlachend in nachtelijke dromen. Ik geniet van het reizen. So far so good.
Het slotakkoord van de reis langs de 80ste Westelijke Lengtegraad in Canada
Reizen doe ik in verwondering. Ik reis niet om ergens heen te gaan, maar om onderweg te zijn. Ik reis om het reizen zelf, de laatste jaren in thematische vorm. Ik geniet van andere leefwijzen, variëteit in plaatsen, verscheidenheid in cultuur en de natuur in haar meest natuurlijke habitat. Genieten is altijd in beweging, altijd onderweg. Het enige wat ik heb gedaan is het spoor van genieten volgen. Verwondering was vooral in stilte. Staan aan de rand van een oneindig meer en omgeven door een overweldigende natuur die zichzelf heeft gecreëerd. Dan ontdekken dat de stilte vele geluiden heeft. De natuur geeft hier een stem aan de stilte en het is de stilte die bezielt. In de auto heerst ook de stilte. Er wordt weinig gesproken. Ik focus mij op de weg en Carla geniet van de omgeving. Af en toe wordt de stilte onderbroken als een bijzondere schoonheid zich openbaart. Wij hebben beiden een zwak voor bijzondere namen op bewegwijzering. Het gebeurt regelmatig dat ik links of rechtsaf sla omdat de naam mij daar naar toe trekt. Vandaar dat reizen langs de 80ste graad een reis met omwegen is geworden. Het onderweg zijn met mijn lief gedurende 4 weken en 6000 kilometer in wisselende sferen en omstandigheden had één belangrijk component “genieten”. Mijn lief is een geweldig reismaatje, een echte zielsverwant ook als ik alleen reis. Zij gunt mij het reizen uit liefde. Voor mij is duidelijk, als de liefde niet bestaat tijdens mijn afwezigheid was de liefde nooit aanwezig. Het is lastig de cultuur in dit gebied te beschrijven. Uitingsvormen van cultuur kwamen na de Engels/Amerikaanse oorlog. Europese immigranten kopieerden de bouw van huizen uit Europa. De meeste dorpen en steden waar ik doorheen ben gereden werden gesticht in de jaren 1840 – 1860. Moeilijk te zeggen wat de cultuur is omdat van de oorspronkelijke bevolking weinig terug te vinden is. Cultuur zit vooral in de verhalen die door hen zijn doorverteld. Zij hebben geen uitingsvormen achtergelaten. De natuur is de cultuur. Een andere uitingsvorm van modernisering en architectuur was de hefsluis in Peterborough. De hefsluis, Lock 21, is de grootste hydraulische hefsluis ter wereld is een wonder van techniek. De schepen gaan van de bovenstroom in een bak water die langzaam zakt naar de benedenstroom. Tegelijkertijd komt een bak water aan de andere kant omhoog. Zie foto’s en video’s voor dit wonderlijke staaltje techniek. Verder is mij opgevallen dat in ieder dorp of stad heel veel kerken zich laten gelden. Soms zijn in één straat vier kerken te zien met allemaal bijzondere benamingen verwijzend naar het land van oorsprong; en naar Jezus! De geëmigreerde gereformeerde Nederlanders hebben duidelijk hun sobere stempel gedrukt op de bouw van de kerken. Het gaat om het woord en niet om de uitingsvorm. De overgang van natuurlijke naar stedelijke omgeving werd een harde confrontatie. De auto moest zondag worden ingeleverd en ik wilde de avond ervoor in de buurt overnachten. Dat is Vaughan geworden, een voorstad van Toronto. De rit van Peterborough naar Toronto ging in eerste instantie via County Roads door glooiend landschap en veel kleine dorpen. Naarmate ik Toronto naderde moest ik de Highway 401 volgen. Het verkeer werd steeds drukker en uiteindelijk belandde ik in een stroom blik die regelmatig tot stilstand kwam. Deze Highway heeft vier wegen met ieder vier rijstroken. Alle weghelften waren gevuld met één lange strook blik zo ver het oog reikte. Uiteindelijk plaats van bestemming bereikt. De omgeving van Novotel was een zakenwijk met veel kantoren. Rustig omdat het weekend was. De rust was er niet s’nachts. Zaterdagavond blijkt party-avond en dat wordt gevierd met veel drank en drugs. Wij gingen vroeg naar bed, maar na een uur slapen werden wij gewekt door harde muziek van de buren. Carla ging naar de buren en vroeg of het zachter kon. Toen de deur open ging kwam een walm van marihuana rook naar buiten. Een swingende afro stond in de opening en riep Carla toe; oké darling, I’m sorry, I love you. Het werd stiller. Hoewel het een non smoking hotel is drong langzaam een wolk van marihuana onze kamer binnen. De receptie gebeld dat inmiddels ook het geluid in volume was toegenomen. De man van de receptie heeft hen vervolgens gemaand stiller te zijn. Dat heeft geholpen maar de lucht van Marihuana drong steeds heftiger de kamer binnen. Ik maakte de grap; wat zullen wij lekker slapen. Uiteindelijk was het nodig om met natte handdoeken de kieren onder deur deur te dichten zodat de rook niet meer in onze kamer kwam. Wel de receptie nog eens gebeld, die kon op dit moment niets doen. Morgen zou de politie komen, het is illegaal in het hotel en zij krijgen een boete van C$ 400.00. Wij kregen gratis ontbijt als compensatie voor deze slapeloze nacht. De auto moest de volgende dag voor 11.00 uur worden ingeleverd. Eerst naar het Sheraton hotel gereden. Daar konden wij gelijk inchecken en de bagage op de kamer brengen. Dit hotel heeft een prachtig zwembad en mooie tuin met waterval. We hebben de auto op het vliegveld ingeleverd en terug naar hotel met de gratis shuttle. Nog even relaxen voordat wij weer naar Nederland fladderen. In de prachtige tuin hebben wij getoost op onze prachtige reis een gelachen om de gebuertenis van gisteravond. Vooral toen Carla beschreef hoe zij te woord werd gestaan door het gezelschap dat zo stoned was als een garnaal. Wij hebben genoten van deze reis en kijken met een zweem van verliefdheid terug op de prachtige natuur met haar vele toonwaarden. Ik hoop dat je tijdens het meereizen ook hebt genoten. De volgende etappe van mijn reis van Pool tot Pool zal waarschijnlijk in december zijn. Ik hou je op de hoogte. Fijn dat je hebt meegereisd en bedankt voor de reacties. So far so good. Have a good day! Have a good one!
Van Port Elgin naar Heritage Drive Collingwood 80°.13.11.1944 WL
De zon kleur de ochtendfluweel rood. Een weldadig licht valt de kamer in. Ik sta voor het raam het licht te begroeten. Vingers wandelen zachtjes over mijn huid en strijken door mijn haren. Ik draai mij om mijn lief kust mij en ik kus haar terug. Wij omarmen deze warme koestering. Hoe heerlijk kan de dag beginnen. Tijdens ons ontbijt buig ik mij over de kaart op zoek naar schoonheid die streelt. Een groen gedeelte in Bruce Peninsula trekt mijn aandacht. Dit blijkt Bruce Peninsula National Park te zijn. De afstand bekeken en hoeveel tijd als tussenstap naar Collingwood. Daar willen wij overnachten. Mijn lief komt onder de douche vandaan. Zij kijkt mij aan, ik steek mijn duim omhoog, zij lacht en zegt; zeker wat moois gevonden ? Ik denk het wel, maar zeker weten doe ik niet. “Daar ga ik voor”; antwoordt mijn lief. Zo gezegd zo gedaan, inpakken en wegwezen. Ik heb gekozen voor county road 13 en niet voor de Highway 6. Deze weg loopt langs Lake Huron met veel baaien. Onderweg blijkt dit een prima keuze te zijn. De weg kruipt dicht tegen het water aan. Bij sommige baaien toont zij haar schoonheid en andere momenten verstopt zij zich achter het weldadig groen van de bossen. Eén plek in het National park is The Grotto, een grot met een natuurlijke poel met helderblauw water die ik graag wil bewonderen. Inmiddels op Highway 6 aangekomen waar het verkeer in aantal toenam. Een bord met The grotto gaf aan dat ik een afslag moest nemen. Aan het eind van de weg stond een rij auto’s te wachten voor een slagboom. In het huisje bij de slagboom zag ik steeds een hand uit een raam komen die papieren van de chauffeur aannam. Even later stond ik voor het raam en na de bekende begroeting vroeg hij mij naar mijn reservering. Blijkt dat voor deze plek een reservering nodig is en die had ik niet. Over 5 dagen was de eerste optie voor een bezoek. Carla probeerde met haar blauwe ogen en zachte verleidelijke stem de man op andere gedachten te brengen maar de man was daar niet gevoelig voor. Carla toonde hem de kaart en vroeg naar andere mooie plekken. Hij toonde zich behulpzaam door op een kaart een aantal plekken te omcirkelen die ook erg mooi waren. Terloops zei hij; veel rustiger, minder toeristisch en sommige van die plekken vind ik zelfs mooier. Inmiddels was de rij auto’s achter mij steeds langer geworden. Met een “ have a good day: opende hij de slagboom. Ik kon binnenrijden, omkeren en bij de andere slagboom naar buiten. De weg overgestoken en een sideroad genomen. Dit zijn meestal gravelwegen. Maximum snelheid is 40km op de gravel wegen in een National Park. Prima snelheid om te kunnen genieten van het licht dat het water in de kleine baaien een zilverglans geeft en wildlife te spotten. Tot op heden zijn dat schildpadden, slangen, één bever, één jonge beer en één hert geweest. Helaas ook veel dode bevers, wasberen en dassen langs de kant van de weg zien liggen. Af en toe een tegenligger die ik van verre zie aankomen in een grijze stofwolk. Verder zie ik weinig mensen onderweg. Ineens roep Carla; Stop ! Ik stop, zij wijst naar een donkere plek op de weg. Daar ligt een schildpad zich op te warmen in de zon. Carla vindt het een gevaarlijke plek voor een schildpad, hij kan wel overreden worden. Zij pakt hem op en toont mij de schildpad die met spartelende beentjes luchtrennen uitprobeert. Zij plaatst hem ven verderop in het gras en de schildpad kiest gelijk het hazenpad. Verder gereden naar Tobermory op de punt van de Peninsula. In een mooie baai met grote haven steken glimmende witte boten scherp af tegen de blauwe lucht. Vervolgens zijn we langs de kustlijn van Georgian Bay richting Collingwood gereden. Regelmatig een afslag genomen naar mooie baaien. Meestal is daar plek om even te gaan zitten en te genieten van de vergezichten. Dit zijn momenten van mijmering. Aandachtig kijken naar vergezichten geven vaak mooie inzichten. Opvallend op deze plekken zijn de steenmannetjes die daar worden neergezet. Als je niet weet wat dat is google dan even. Het zilverachtige water met aan de rand een variëteit van groene bomen, een palet van wilde kleurrijke bloemen en parelmoer getinte afgeronde stenen maken het geheel tot een schoonheid waar ik uren kan verblijven. Het is laat in de middag en ik ben verzadigd met alle indrukken op deze dag. Carla heeft hetzelfde gevoel en wij besluiten om eerder te stoppen. We overnachten in Meaford aan de rand van de Blue Mountains. Het is een prachtig enigszins gedateerd motel, twee verdiepingen met veranda waar voor het raam twee stoelen staan. Voor ons in een goed bed het belangrijkste en verder maakt het ons niet uit wat er in staat. Een microwave en thee/koffie faciliteiten zijn altijd aanwezig. Zowel het avondeten; altijd met verse salades, als het ontbijt doen we in de kamer of buiten op de veranda of terras. Het alternatief is Fastfood restaurants. Het is mij opgevallen dat in Canada buiten de grote steden bijna geen leuke café’s of restaurants zijn. De volgende dag zijn wij door de Blue Mountains gereden. De wegen golven door een prachtig landschap. Deels agrarisch met de mooie donkerrode schuren die scherp afsteken tegen het zachtgeel van gemaaide korenvelden en deels door bergachtig gebied met veel bossen en uiteraard watervallen. Op de kaart heeft Carla in de buurt drie watervallen ontdekt. Twee heb ik kunnen vinden maar de derde was ondanks prima aanwijzingen van Carla, niet te vinden. Ik was gestopt, uitgestapt en zag een vrouw die aan het paardrijden was. Haar gevraagd, zij kende het wel en gaf de richting aan. Ik rijden, zoeken en Carla zei: “Hier moet het zijn”. Helaas was geen water of waterval te bekennen. De andere twee waren weer toonbeeld van schoonheid. Voordat het water zich naar beneden stort gaf het zonlicht het water een bijzondere blauw groene kleur. Als ik lang naar het geluid van een waterval luister ontstaat vanzelf een melodie. Ik kan mij voorstellen dat dit een inspiratie bron is geweest voor menige componist. De zon zakt gestaag en we besloten om naar hotel te gaan. Na vier weken nadert deze reis zijn eind. Collingwood ligt op de 80ste W.Lengtegraad en om precies te zijn Hermitage drive in Collingwood ligt op de 80°.13.11.1944 W.L.. Daarover meer in mijn laatste verhaal van dit deel van mijn reis. Zondag auto inleveren en dinsdag vliegen naar NL.So far so good. Nog even meereizen.
Van Sarnia 82.23.44.051 WL naar Port Elgin Saugeen Shore 81.39.60.53 WL
De ouderwetse bel klingelde luid, toen ik de Winkel van Sinkel binnen trad. Kloek en parmantig word ik begroet door de eigenaresse. Wij raakten in een geanimeerd gesprek en zij vroeg mij waar ik vandaan kwam en waar wij geweest waren. Daarna gaf zij een aantal tips die voor mij zeer welkom waren. Het is iedere dag weer een verrassing waar Carla en ik terecht gaan komen. Ik vertrouw altijd op de zekerheid van onzekerheid, want deze geven toevalligheden een kans om vervolgens bedoelingen te worden. Dit gebeurde in deze situatie, ik wist wel de richting maar nog geen doel. Soms kijk ik op een kaart en als ik dan een plaats zie met een aantrekkelijke naam dan wil ik daar naar toe. Gelukkig deelt Carla deze merkwaardige passie met mij. Zo zijn wij tijdens de reis door Ontario in London, Parijs, Cambridge, Southampton, Perth en Woodstock geweest. Van de Niagara Falls ben ik naar Sarnia gereden, een plaats aan Lake Huron en op de grens met USA. De Bluewater bridge, een intrigerende naam, is de verbinding tussen Canada en USA. Sarnia; een onbekende plaats die toch aantrekkingskracht had, hoewel, het waarom moeilijk uit te leggen is. Bij binnenkomst van Sarnia voelde het gelijk goed, gemoedelijk en ruimtelijk. Tijdens mijn inmiddels bekende zwerftochten door steden was ik ook in Sarnia op pad gegaan. Carla en ik dwaalden door het stadje en langs de oevers van Lake Huron. In het stadje waren tot onze verbazing veel vintage winkels en een soort kringloop winkels. In twee van deze winkels bleken de eigenaars nazaten te zijn van Nederlandse emigranten. In beide situaties werd gevraagd waarom wij naar Sarnia waren gekomen. Hier komen nooit toeristen. Geprobeerd uit te leggen met als gevolg grote hilariteit. Opvallend is dat zij beide hun ongerustheid uitspraken over de dadendrang van Poetin. Voor hen ligt Nederland dichtbij Oekraine gezien de afstanden in Canada kan ik mij dat voorstellen. Ook het weer kwam ter sprake, het was 33 graden en voor deze regio is dat heel uitzonderlijk. We kregen een tip waar wij het beste konden gaan zwemmen in Lake Huron. Dit ter harte genomen en met de auto die kant uit gegaan. Bij een bord Sarnia Beach afgeslagen en naar het strand gereden. Aan het strand was geen enkele horeca of andere voorziening. Een toilet gebouw met buitenkraan was het enige. Het zandstrand was rustig, hier en daar zonaanbiddende en badende mensen. Omgekleed en enthousiast het water in. Het enthousiasme werd bekoeld door de hoeveelheid gladde en scherpe keien die eerst moesten worden overwonnen voordat het zwemmen kon beginnen. De enige oplossing was gelijk plat op het water en de opwaartse kracht van water zijn werk te laten doen. Heerlijk zo’n verkoelende duik in een zoetwater bad. Het is vroeg in de avond als wij nagenieten van deze dag. Stil glanst de hemel boven het zilveren water van het meer. Traag en stil rollen golven naar de oever en eindigen met een kleine witte kraag voordat zij in het niets verdwijnen. Na een nacht in dromenland schuif ik de gordijnen open. De regen geeft de ramen een frisse wasbeurt. Na een eigen geserveerd ontbijt op de kamer op de kaart gekeken wat deze dag te doen. Instappen en wegwezen is het devies. Ik rijd naar Port Elgin 220 km noordelijker. Onderweg rijden wij langs Lake Huron. De donkere wolken glijden boven het meer. Het woeste water brult en schuimt. De ruitenwissers draaien overuren. In port Elgin boorde de zon grote gaten in de bewolking. Later in de middag straalde de zon uitbundig en liep de temperatuur op naar 34 graden. Het water lonkte en de maag knorde. Naar het meer gereden en een heerlijke zak dikke frieten gegeten aan het strand met uitzicht op het meer. Boodschappen gedaan voor avondeten, inchecken in motel, Tikka Masala in de Microwave en het smaakte heerlijk. De volgende dag blijven wij in Port Elgin en gaan op zoek naar twee watervallen; de Sauble Falls en Indian Falls. Het miezert en de wolken hangen zwaar boven de bomen. Niet getreurd , ook deze dagen hebben hun eigen schoonheid. Het valt op dat in Canada geen richtingaanwijzers staan die naar de Falls zullen leiden. Op de kaart gekeken waar deze ongeveer kunnen zijn en dan die richting op gegaan. Eenmaal de weg gevonden is het wachten op een aanwijzing. Pas als je er bent zie je dat je er bent en dan pas de aanwijzing dat het zo is. De Sauble Falls waren makkelijk te bereiken en aangezien de regen even gestopt was zich te manifesteren, zijn we naar de watervallen gelopen. Het bleek een lage waterval ofwel stroomversnelling te zijn. Het blijft prachtig hoe het water zich een weg baant ongeacht de hindernissen die het tegenkomt. Ik staar naar het water, realiseer dat de gevallen regendruppels ergens in een stroompje, beek, rivier, meer en zee komen, dan als damp opstijgen in donkere wolken die vervolgens de druppels op het land laten dalen. Bij de Indian Falls is er geen tijd voor mijmeren. Het pad naar de waterval is modderig met gladde keien van de regen. Naast de oneffenheden van de keien moet regelmatig glijdend geklommen worden. Na 30 minuten de beloning, Weer zo’n prachtige verstillende plek met alleen het geluid van de watervallen en in de verte het kekkeren van een havik. Uiteraard was ik in dit zompige bos een prooi voor de muggen. Deze keer hadden zij het op mijn rug voorzien die nat van het zweet een aantrekkelijk doel bleek te zijn. Op de terugweg af en toe een bui, maar de grote groene paraplu van bladeren boven ons zorgden voor een redelijke bescherming. Bij de auto droge T-shirts aangetrokken, muggenbulten ingesmeerd en terug naar motel. Daar eenmaal aangekomen een heerlijke warme douche genomen en een glas whiskey. Morgen willen wij naar Bruce Peninsula National Park en dan doorrijden richting Collingwoord. Daarover in volgend verhaal. So far so good. Zon of regen wij genieten.